Vandaag op VRT NWS: “Hulplijn 1712 verwerkte vorig jaar 9000 oproepen over geweld en mishandeling, helft van de slachtoffers zijn kinderen”. Wat maakt dit nieuwsbericht me triest. Wel is het goed dat het meer en meer zichtbaar wordt. Om verandering te kunnen verkrijgen is het nodig dat het zichtbaar wordt.
“Of ik met kinderen wil werken” is een vraag die ik regelmatig krijg, ik zou het heel graag doen, toch deed ik het nog niet. Ik deed het niet omdat ik me te bewust was van mijn veroordeling tegenover ouders. In mijn ogen betekent werken met kinderen ook werken met de ouders en dat zou ik mezelf alleen maar kunnen toestaan als ik evenveel mildheid zou kunnen voelen naar die ouders toe dan naar de kinderen toe in die verbinding tussen hen … dat kon ik niet voldoende. Dat kon ik nog niet voldoende … ik leer het wel. Ik voel het – door het groeiproces dat ik nu doormaak – verschuiven en dat maakt me zo blij. Ooit kan ik – wie weet – wel met kinderen werken èn hun ouders. Wat zou ik het mooi vinden om creatieve therapie te kunnen inzetten als middel om ouders en hun kinderen te ondersteunen in het zoeken hoe ze met mekaar kunnen omgaan op een manier dat de kinderen echt kind kunnen zijn en de ouders mild kunnen (leren) zijn voor hun eigen kwetsbaarheden. Wat zou ik het mooi vinden als ik een plek kan creëren waar ouders heel eerlijk kunnen uiten hoe fucking moeilijk het is om ouder te zijn. Waar ze eerlijk kunnen zijn over hoe ze soms dingen doen/zeggen die ze niet willen doen/zeggen en dat ze doordat ze het durven delen effectief manieren leren vinden om het anders te gaan doen. Een plek waar ouders en kinderen kwetsbaar kunnen zijn en tegelijkertijd leren om verantwoordelijkheden op te nemen voor wat ze voelen, voor wat ze doen, voor wat ze zeggen, tonen en verbergen, voor wat ze nodig hebben. Wat zou ik het mooi vinden als ik leer om zo aanwezig te zijn bij kinderen èn bij hun ouders tegelijkertijd dat ze zich kunnen verbinden met elkaar als mens tot mens. Als mens met beperkingen en talenten. Als mens met kwetsbaarheden en krachten. Wat zou ik het mooi vinden als ik gezinnen de kans kan geven om in plaats van te kiezen voor diagnoses en stempels te kiezen voor kijken naar wat er is in alle ingewikkeldheid, in alle menselijkheid, in alle mildheid, in alle verbondenheid en verwevenheid. Wat gun ik elke ouder en elk kind zo’n plek. Een plek waar ze heel-emaal mogen zijn, in die verbinding die zo kwetsbaar en tegelijk zo krachtig is.
Wie weet, ooit. Eerst zet ik mijn eigen pad verder, het pad waarop ik leer kijken in alle ingewikkeldheid, in alle menselijkheid, in alle mildheid, in alle verbondenheid en verwevenheid naar mijn eigen innerlijk kind, naar mijn ouders. Een pad waardoor mijn kijken naar (de innerlijke kinderen in) ouders die het beste van zichzelf geven in een maatschappij die veel te veel van hen en hun kinderen vraagt, verschuift naar een milder beeld, een ge-heler beeld.
Ook dat is kijken, zien, graag zien.
Altijd groeiende groeten,
Ann